Naar aanleiding van een motie van de Tweede Kamer heeft het kabinet besloten dat in de sociale sector in 2021 geen huurverhoging mag worden toegepast. Woningcorporaties en grotere particuliere verhuurders worden daarvoor gecompenseerd door een verlaging van het tarief van de verhuurderheffing. De totale verlaging van de verhuurderheffing bedraagt € 180 miljoen per 1 januari 2022. Het tarief gaat van 0,527 naar 0,485% van het belastbare bedrag.
Wanneer krijg je te maken met verhuurderheffing?
Je krijgt te maken met de verhuurderheffing als je meer dan 50 huurwoningen bezit waarvan de maandelijkse huurprijs niet hoger is dan de huurtoeslaggrens. Dit geldt voor zowel woningcorporaties als particuliere verhuurders van sociale huurwoningen.
Overschrijdingen budget
In de wet is nu bepaald dat de bedragen van de heffingsverminderingen ieder kwartaal kunnen worden gewijzigd. Op grond van deze bepaling kunnen de bedragen op nihil worden gesteld als het gebruik van de heffingsverminderingen groter blijkt dan waar in de begroting rekening mee is gehouden.
Voorgesteld wordt om de wijziging van bedragen, waaronder het op nihil stellen daarvan, per maand mogelijk te maken in plaats van per kwartaal. De kans op overschrijdingen van het budget wordt hierdoor verkleind. Een aanpassing van de bedragen van de heffingsvermindering moet meer dan een maand van tevoren worden aangekondigd in verband met de rechtszekerheid voor de aanvragers.
Verhuurderheffing ter discussie
De verhuurderheffing werd tijdens de economische crisis in 2013 ingevoerd als crisismaatregel. De woningcorporaties maakten destijds veel winst en daarom werd het gezien als een goede manier om meer overheidsinkomsten te genereren. PvdA, GroenLinks en andere partijen willen de verhuurderheffing nu volledig afschaffen. Zij vinden de crisismaatregel nu een belemmering in het bouwen en verduurzamen van sociale huurwoningen.