fddf

Terugkeer van het corona-steunpakket

Terugkeer van het corona-steunpakket

Waar het kabinet eerder heeft besloten om het merendeel van de steunmaatregelen voor ondernemers per 1 oktober 2021 te beëindigen, vormen de strengere coronamaatregelen aanleiding om het nog lopende steunpakket uit te breiden. De uitbreiding geldt voor het vierde kwartaal van 2021 onder voorbehoud van goedkeuring door de Europese Commissie.

Herleving TVL-regeling

De aangekondigde Vaste Lasten Nachthoreca (VLN)-regeling wordt verbreed tot TVL vierde kwartaal 2021. De regeling ziet er als volgt uit. Ondernemers, die in het vierde kwartaal van 2021 een omzetverlies hebben van 30% of meer ten opzichte van de referentieperioden en aan de overige voorwaarden voldoen, komen in aanmerking voor een TVL-subsidie. De hoogte van de subsidie wordt berekend aan de hand het omzetverlies, de sectorafhankelijk vastgestelde vaste lasten en het subsidiepercentage van 85. De voor de VLN aangekondigde voorwaarde, dat de ondernemer in zowel het tweede als in het derde kwartaal van 2021 TVL-steun moet hebben ontvangen, wordt niet opgenomen in de TVL voor het vierde kwartaal.

Regeling Ongedekte Vaste Kosten (OVK)

Land- en tuinbouwbedrijven hebben te maken met het landbouwspecifieke plafond van het staatssteunkader, waardoor gelijke behandeling met andere bedrijven die TVL ontvangen niet mogelijk is. Daarom geldt de OVK ook in het vierde kwartaal van 2021.

Ondersteuning voor evenementen

Voor evenementen, die door de overheid in verband met corona zijn verboden, loopt tot het einde van het jaar de Tijdelijke Regeling Subsidie Evenementen COVID-19 (TRSEC). Het subsidiepercentage wordt verhoogd naar 100 tot en met 31 december 2021, zoals ook in de zomer het geval was.

De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) werkt momenteel de Aanvullende Tegemoetkoming Evenementen (ATE) uit. Deze regeling wordt naar verwachting begin 2022 opengesteld. De ATE zou aanvankelijk gelden voor evenementen in de periode van 10 juli t/m 24 september 2021, waarvoor geen aanspraak op TRSEC bestaat. Vanwege het nieuwe evenementenverbod wordt de ATE uitgebreid tot de periode van 10 juli tot en met 31 december 2021.

Evenementen, die buiten de garantieregeling vallen, die voldoen aan de gestelde voorwaarden van de ATE en die geannuleerd worden vanwege een door het Rijk afgekondigd evenementenverbod, komen voor vergoeding in aanmerking. De vergoeding bedraagt 100%.

Ondersteuning voor de culturele sector

Van 13 november tot 4 december 2021 mogen geen evenementen plaatsvinden waarbij de bezoekers geen zitplaats hebben. Daarnaast geldt een maximale capaciteit van 1.250 bezoekers per ruimte. De suppletieregeling bij het Fonds Podiumkunsten voor instellingen, die te maken hebben met deze beperkende maatregelen, wordt uitgebreid naar een vergoeding van maximaal 55% van de kaarten van de totale reguliere capaciteit en opengesteld voor voorstellingen met een zitplaats. Sommige instellingen zullen, indien zij aan de voorwaarden voldoen, ook aanspraak kunnen maken op de TVL Q4 2021.

Aanvullende ondersteuning voor de sport

Voor professionele sportwedstrijden stelt het kabinet maximaal € 36 miljoen beschikbaar ter compensatie van de geleden schade van kaartverkoop en compensatie van seizoenkaarthouders voor de periode 13 november tot 4 december 2021. Voor de amateursport is maximaal € 5 miljoen beschikbaar. De minister van VWS werkt beide regelingen in samenwerking met de sportsector uit.

Vangnet zelfstandigen

Voor zelfstandigen is inkomensondersteuning beschikbaar in de vorm van het Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (Bbz). Het Bbz is tijdelijk vereenvoudigd om de overgang van de Tozo naar het Bbz beter uitvoerbaar te maken. De verwachting is dat de Tozo niet weer van stal wordt gehaald.

Geen nieuwe tranche NOW

Naar verwachting zal de NOW niet herleven, gezien de krappe arbeidsmarkt. De NOW is een generieke en grofmazige regeling en kan niet sectorspecifiek worden ingezet. Wel worden voorbereidingen getroffen voor een mogelijke herstart van de NOW als de beperkende maatregelen na 4 december 2021 worden verlengd.

Bron: Ministerie van Financiën

Alles over de fiets van de zaak

Alles over de fiets van de zaak
Nederland is een fietsland. Het is daarom ook niet gek dat we ook voor het woon-werkverkeer steeds vaker voor de fiets kiezen. Veel werkgevers en ondernemers maken daarom gebruik van de fiscale regeling ‘fiets van de zaak’.

Ook privé

Een fiets van de zaak maakt het mogelijk om een (elektrische) fiets of een speed-pedelec (elektrische fiets tot 45 km/u) te gebruiken voor woon-werkverkeer. De werknemer hoeft dan niet zelf een fiets te kopen. Hij of zij mag de fiets van de zaak fiscaal gezien onbeperkt privé gebruiken. Dus ook voor een fietstochtje, de boodschappen of het wegbrengen van de kinderen.

Bijtelling

Vanaf 1 januari 2020 geldt een forfaitaire bijtelling van 7% van de cataloguswaarde van de fiets op jaarbasis. De regeling geldt voor gewone fietsen, e-bikes en speedpedelecs, ongeacht of de werknemer de fiets privé gebruikt.

En als het regent?

Als de werknemer voor de kilometers met de fiets van de zaak een kilometervergoeding ontvangt, is deze vergoeding belast. De werknemer is niet verplicht om met de fiets naar het werk te komen. Wanneer hij met het openbaar vervoer of de auto reist in plaats van met de fiets, bijvoorbeeld als het regent, kan de werkgever hem of haar voor die dagen een onbelaste kilometervergoeding geven.

Ook als de werknemer met de fiets van de zaak naar het station rijdt en dan met het openbaar vervoer verder reist, kan de werkgever de reiskosten voor het openbaar vervoer belastingvrij vergoeden. Werknemers moeten wel kunnen aantonen dat ze met de auto of het openbaar vervoer hebben gereisd.

Opladen accu

In het geval van een elektrische fiets van de zaak kan de werkgever de kosten van het thuis opladen van de accu vergoeden aan de werknemer. Als de werknemer de kosten zelf betaalt komen deze niet in mindering op de bijtelling.

Wat kost de fiets van de zaak?

Als werkgever kun je ervoor kiezen om zelf fietsen aan te schaffen of fietsen te leasen via een leasemaatschappij.

  • Zelf kopen
    In dit geval betaal je als werkgever zelf de aanschaf van de fiets. Daar kunnen de kosten voor  onderhoud, reparatie, verzekeringen en het opladen van elektrische fietsen nog bijkomen. Dit hangt af van de afspraken die je maakt met je werknemers. De kosten die je maakt voor de fiets, kun je aftrekken van de winstbelasting.
  • Leasen
    Je kunt er ook voor kiezen om fietsen te leasen via een leasemaatschappij. Je betaalt dan maandelijks een leasebedrag waar alle kosten in zijn verwerkt. Deze kosten kun je aftrekken van de winstbelasting.

Eigen bijdrage

De werkgever kan de werknemer om een maandelijkse eigen bijdrage vragen. Dit bedrag gaat dan van de bijtelling af. De werknemer ziet dit terug op zijn of haar loonstrookje.

Werkgever vergoedt soms bijtelling

De werkgever mag er ook voor kiezen de bijtelling voor zijn rekening te nemen. Dat kan door gebruik te maken van de vrije ruimte in de werkkostenregeling. In dat geval hoeft de werknemer helemaal geen belasting te betalen. In 2020 en 2021 was de WKR tijdelijk verhoogd, in 2022 gaat dit weer terug naar het oude niveau.

Wisselend inkomen? Vraag dan middeling aan

Wisselend inkomen? Vraag dan middeling aan

De middelingsregeling: 49% van de Nederlanders heeft er nog nooit van gehoord. Maar door deze onbekendheid laten we wel in totaal € 163 miljoen aan belastinggeld liggen. Dat blijkt uit een analyse van Knab van openbare kamerstukken gecombineerd met een steekproef onder 2.600 Knab-klanten.

Wat is de middelingsregeling?

Met de middelingsregeling kun je bij sterk wisselende inkomens belastinggeld terugvragen. Hoe het werkt? Je telt de inkomens uit werk en woning van 3 aaneengesloten jaren op. De uitkomst deel je daarna door 3. Over de uitkomst daarvan – het gemiddelde inkomen – bereken je dan per jaar opnieuw de belasting. Is het totaal van de nieuwe belastingbedragen lager dan van de oude belastingbedragen? En is het verschil groter dan € 545? Dan kun je belasting terugkrijgen.

Berekenen of jij recht hebt op een teruggave? Je kunt dan gebruik maken van deze handige rekentool. 

Voorwaarden middelingsregeling

  • de middeling geldt alleen voor inkomen in box 1 (belastbaar inkomen uit werk en woning);
  • je berekent de middeling over drie belastingjaren achter elkaar (bijvoorbeeld 2018, 2019 en 2020);
  • je hebt over alle opgegeven belastingjaren belasting betaald in Nederland;
  • je doet het verzoek om middeling binnen 36 maanden nadat alle aanslagen van de belastingjaren – waarover je middeling aanvraagt – vaststaan.

Startende ondernemers

Uit de steekproef blijkt dat het beginnend ondernemerschap de grootste rol speelt bij de kans of je kunt middelen. Ondernemers hebben vaak sterk wisselende inkomens, vooral als ze vanuit loondienst starten met ondernemen. Andere situaties waarin het inkomen sterk wisselt zijn bij bijvoorbeeld een sabbatical of een ontslagvergoeding.

Bron: Knab.nl en Belastingdienst

Aanpassing energiebelasting bedrijven 2022

Aanpassing energiebelasting mkb-bedrijven 2022

Verlaging belastingtarief in tweede en derde verbruiksschijf

Het kabinet verlaagt op verzoek van de Tweede Kamer het belastingtarief op elektriciteit in de tweede en de derde verbruiksschijf. Het belastingtarief in de eerste schijf gaat iets minder omlaag dan eerder voorgesteld. Hierdoor komt een groter deel van de lastenverlichting terecht bij mkb-bedrijven met een hoger energieverbruik.

Het kabinet verhoogt daarnaast de vaste belastingkorting op de energierekening van 230 euro tot 265 euro. Voor een huishouden met een gemiddeld verbruik betekent dit nog steeds een daling van het belastingdeel van ongeveer 400 euro op jaarbasis. In de praktijk zal dat bedrag afhankelijk van het energieverbruik per huishouden verschillen.

Huishoudens met een laag inkomen

Aanvullend hierop is het kabinet in gesprek met de VNG en gemeenten over de vraag of en hoe huishoudens met een laag inkomen via bestaande regelingen een extra tegemoetkoming kunnen ontvangen voor de stijgende energieprijzen. De Tweede Kamer wordt hierover voor het einde van het jaar verder geïnformeerd.

Investeringen duurzame energie van invloed op de energierekening

Het kabinet wil investeren in een energiesysteem dat in 2050 geen CO2 meer uit stoot. De volgende twee investeringen maken de energierekening in de toekomst mogelijk hoger:

  • Netbeheerders leggen de komende jaren extra elektriciteitskabels aan om energie uit wind- en zonneparken te vervoeren. Hierdoor maken netbeheerders meer kosten. Daardoor zullen netbeheerkosten op de energierekening de komende jaren waarschijnlijk stijgen.
  • De ODE wordt gebruikt om de subsidieregeling Stimulering Duurzame Energieproducten (SDE+) te financieren. Organisaties kunnen deze subsidie aanvragen als ze duurzame energie willen opwekken. Bijvoorbeeld om een windmolenpark aan te leggen. Het kabinet wil dat de komende jaren meer duurzame projecten gerealiseerd worden. Hierdoor stijgt de ODE de komende jaren.

De SDE+ is onderdeel van één van de subsidieregelingen die je kunt gebruiken om je onderneming te verduurzamen. In het artikel ‘Eigen onderneming verduurzamen: van welke regelingen kun je gebruik maken in 2021 (en daarna)?’ verzamelden we alle regelingen waarvan je als ondernemer gebruik kunt maken. Je leest het artikel hier.

Wijzigingen van de NOW-regelingen

Wijzigingen van de NOW-regelingen

De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de Tweede Kamer geïnformeerd over enkele wijzigingen van de NOW-regelingen.

Wijzigingen:

  • De termijn van veertien weken, die werkgevers hebben om een vaststellingsaanvraag aan te vullen met een accountantsverklaring, gaat ook gelden voor werkgevers die een derdenverklaring nodig hebben. Deze wijziging geldt voor de NOW-1, 2, 3 en 4.
  • De sluitingsdata van alle tranches van de NOW-3 worden samengetrokken met de sluitingsdatum van het vaststellingsloket NOW-4 en vastgesteld op 22 februari 2023.
  • Het vaststellingsloket van de NOW-2 wordt langer opengesteld, namelijk tot 31 maart 2022. Het UWV heeft aangegeven het NOW-4 loket per 31 maart 2022 te zullen openen.
 Tranche Periode Opening loket Sluiting loket
 NOW-1 maart t/m/ juni 2020  7 oktober 2020 31 oktober 2021
 NOW-2 juni t/m september 2020 14 maart 2021 31 maart 2022
 NOW-3.1 oktober t/m december 2020  4 oktober 2021 22 februari 2023
 NOW-3.2 januari t/m maart 2021 31 januari 2022 23 februari 2023
 NOW-3.3 april t/m juni 2021 31 januari 2022 23 februari 2023
 NOW-4  31 maart 2022 23 februari 2023
Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

TVL-regeling beëindigd

TVL-regeling beëindigd

In het derde kwartaal van 2021 hebben ruim 35.000 ondernemers een aanvraag gedaan voor de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL). Het gaat om bedrijven die in die periode minimaal 30% omzetverlies hadden. In vergelijking met het tweede kwartaal is het aantal aanvragen ongeveer gehalveerd. Nu de economie zich sterk herstelt, is de TVL beëindigd. In de totale looptijd van 16 maanden werden ruim 351.000 aanvragen ingediend. Tot nu toe is in totaal 6,2 miljard euro aan TVL-steun toegekend.

Vaste bedrijfslasten

De TVL werd op 20 mei 2020 aangekondigd als onderdeel van het corona steun- en herstelpakket om ondernemers te ondersteunen bij het betalen van hun vaste bedrijfslasten. Er waren vijf periodes waarin steun kon worden aangevraagd en de regeling werd tijdens de looptijd diverse malen uitgebreid. Van de 6,2 miljard euro aan TVL-steun die tot nu toe is toegekend, ging het meeste naar horeca & hotels (€ 1,8 miljard), de groot- en detailhandel (€ 1 miljard) en naar cultuur, sport en recreatie (€ 750 miljoen).

Tot 1 oktober 2021

Eind augustus is aangekondigd dat het steun- en herstelpakket, waaronder de TVL, per 1 oktober 2021 zou stoppen. De aanvraagperiode voor de laatste TVL-tranche (derde kwartaal 2021) liep tot afgelopen vrijdag. De totaalbedragen zullen de komende tijd echter nog oplopen. Dat hangt samen met de afhandeling van nog openstaande aanvragen.

Subsidie Vaste Lasten voor onder andere Nachtsluiting (VLN)

Ondernemers die in het vierde kwartaal van 2021 minimaal 50% omzetverlies hebben en ook aan de overige voorwaarden voldoen, kunnen een VLN-subsidie aanvragen voor hun vaste bedrijfslasten. De VLN is vooral gericht op bedrijven die geraakt worden door de verplichte nachtsluiting van de horeca. Het kabinet trekt 180 miljoen euro uit voor deze regeling.

Elektrische auto kopen in 2022? Hier kun je op rekenen

Elektrische auto kopen in 2022? Hier kun je op rekenen

De voordelen van het aanschaffen van elektrische auto’s worden elk jaar versoberd. Nu blijkt dat deze versobering versneld plaats gaat vinden. De reden: elektrische auto’s worden steeds goedkoper en er is meer animo dan het kabinet had verwacht. Wel maken meer mensen volgend jaar kans op subsidie voor de aanschaf van een elektrische auto, de totale subsidiepot gaat namelijk omhoog.

Waar kun je voor volgend jaar op rekenen bij de aanschaf van een nieuwe elektrische auto?

Subsidie

Dit jaar een nieuwe elektrische auto gekocht? Dan kon je aanspraak maken op 4000 euro subsidie. Elk jaar zou dat bedrag iets omlaag gaan, van 3700 euro in 2022 tot 2550 euro in 2025.

Daar wordt nu echter door de overheid vanaf geweken. In 2022 kun je nu een subsidie krijgen van 3350 bij aanschaf van een nieuwe elektrische auto. Dat is dus eigenlijk het bedrag wat voor 2023 in de planning stond. Ook is nu ook niet het jaar 2025 het laatste jaar waarin je subsidie kunt aanvragen, maar het jaar 2024. Dat betekent dat de subsidiebedragen een jaar zijn opgeschoven.

Subsidiepot

Dit jaar nog snel aan elektrische auto aanschaffen heeft geen zin als je nog snel aanspraak wilt maken op die 4000 euro subsidie, de subsidiepot voor dit jaar is inmiddels leeg. Wat wel weer positief nieuws is, is dat de totale subsidiepot voor de komende jaren wordt verhoogd met 90 miljoen euro. Dat zou betekenen dat er de komende jaren minder autokopers buiten de boot gaan vallen.

Tabel subsidiebedragen nieuwe auto en occasion

 Nieuwe autoGebruikte auto
2021€ 4.000€ 2.000
2022€ 3.350€ 2.000
2023€ 2.950€ 2.000
2024€ 2.550€ 2.000
2025

Bijtelling

Elektrische auto’s krijgen in 2022 te maken met een verlaging van het bijtellingsvoordeel ten opzichte van 2021. Voor een volledig elektrische auto geldt in 2021 een bijtelling van 12% tot een cataloguswaarde van € 40.000.

Vanaf 2022 wordt die bijtelling 16%. Nieuw is dat de bijtelling van 16% slechts van toepassing wordt tot een cataloguswaarde van 35.000 euro. De bijtelling over het meerdere van de cataloguswaarde bedraagt 22%.

In 2023 gaat er nog eens 5000 euro van de bijtellingscap af. Vooralsnog blijft die grens gehanteerd tot en met 2025, maar dit kan na de volgende Prinsjesdag natuurlijk zomaar anders zijn.

Vijf jaar

De bijtelling staat nadat de auto voor het eerst op kenteken is gezet, voor vijf jaar vast. Daarna is voor wat betreft de bijtelling de dan van toepassing zijnde wetgeving van kracht.

Uitstel van betaling naheffingsaanslagen motorrijtuigenbelasting

Uitstel van betaling naheffingsaanslagen motorrijtuigenbelasting

Uitstel betaling motorrijtuigenbelasting

In verband met de coronacrisis heeft de Belastingdienst tijdelijk geen invorderingsmaatregelen getroffen. Dat gold onder meer voor de motorrijtuigenbelasting. Per 1 oktober is de Belastingdienst weer begonnen met de invordering van belastingschulden. De staatssecretaris van Financiën biedt mensen die naheffingsaanslagen motorrijtuigenbelasting niet hebben betaald de mogelijkheid van kort uitstel van betaling. Dat geldt ook als inmiddels meer dan vier maanden zijn verstreken na de uiterste betaaldatum van de aanslag.

Je kunt nu maximaal vier maanden uitstel van betaling krijgen voor naheffingsaanslagen motorrijtuigenbelasting die voor 1 oktober betaald moesten zijn. Het uitstel is te rekenen vanaf 1 oktober 2021. Dit betekent dat als het uitstel per 1 november 2021 wordt verleend, het uitstel nog maximaal drie maanden kan bedragen. Je vraagt het uitstel aan bij de Belasting Telefoon: op telefoonnummer 0800 – 0543.

Elektrische auto: geen motorrijtuigenbelasting

Je betaalt geen motorrijtuigenbelasting voor een volledig elektrische auto. Dit  belastingvoordeel voor elektrische auto’s is verlengd tot en met 2024. De Rijksoverheid wil zo volledig elektrisch rijden stimuleren. De subsidiepot voor de aanschaf van elektrische auto’s is voor 2021 leeg. In 2022 is er weer opnieuw budget.

Bron: Ministerie van Financiën

Wijzigingen in Belastingplan 2022

Wijzigingen in Belastingplan 2022

Wijziging Belastingplan 2022

De staatssecretaris van Financiën heeft een tweede nota van wijziging inzake het Belastingplan 2022 ingediend bij de Tweede Kamer. De nota van wijziging bevat de fiscale uitwerking van twee door de Kamer aangenomen moties en enkele technische verbeteringen.

1) Algemene heffingskorting

De algemene heffingskorting is een korting op je inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen. Je betaalt hierdoor minder belasting en premies. Iedereen heeft recht op de algemene heffingskorting. Maar of je volledig gebruik kunt maken van deze heffingskorting, hangt af van je leeftijd en of je het hele jaar in Nederland hebt gewoond.

Het maximum van de algemene heffingskorting wordt met € 14 verhoogd per 1 januari 2022.

2) Earningsstrippingmaatregel

De earningsstrippingmaatregel is een renteaftrekbeperking.  De renteaftrekbeperking wordt ook wel de ‘generieke renteaftrekbeperking’ genoemd of earningsstrippingmaatregel. Deze maatregel beperkt de aftrekbaarheid van het verschil tussen rentelasten en -baten van geldleningen in de vennootschapsbelasting, voor zover dat verschil meer bedraagt dan 30% van de gecorrigeerde winst of € 1 miljoen.

Er wordt nu voorgesteld om dit percentage van 30% te verlagen tot 20%.

3) Vennootschapsbelasting

Ben je eigenaar van bijvoorbeeld een bv of nv? Dan moet je voor je bedrijf aangifte vennootschapsbelasting doen. Op dit moment is lage tarief van de Vennootschapsbelasting 15% (t/m € 245.000) en het hoge tarief 25% (meer dan € 245.000). Het hoge tarief van de vennootschapsbelasting gaat per 1 januari 2022 omhoog van 25 naar 25,8%. De verhoging dient ter financiering van de verhoging van de salarissen in de zorg.

4) Aanpassing termijn vaststellen (herzienings)beschikking

In het wetsvoorstel Belastingplan 2022 is de bevoegdheid voor de inspecteur opgenomen om binnen vijf jaar na afloop van het jaar waarin voorheffingen zijn geheven een (herzienings)beschikking inzake voort te wentelen voorheffingen (voorheffingenbeschikking) vast te stellen.

Deze termijn is niet toereikend wanneer met toepassing van de verlengde navorderingstermijn van twaalf jaar een navorderingsaanslag vennootschapsbelasting is opgelegd. Voorgesteld wordt om de termijn voor het vaststellen van een (herzienings)beschikking inzake voort te wentelen voorheffingen in de betreffende gevallen te laten aansluiten op de navorderingstermijn.

Bron: Ministerie van Financiën

Ouderschapsverlof uitgebreid in 2022

Ouderschapsverlof uitgebreid in 2022

Op dit moment krijgen werknemers in Nederland hun ouderschapsverlofuren niet uitbetaald. Dit verandert door een nieuwe Europese richtlijn die voorziet in 2 maanden betaald ouderschapsverlof. Het wetsvoorstel dat uitkering bij ouderschapsverlof in Nederland regelt gaat op 2 augustus 2022 in.

Aanvraag indienen bij het UWV

Werkgevers kunnen vanaf 2 augustus 2022 de aanvragen indienen bij UWV voor de uitkering voor de werknemers die gedeeltelijk betaald ouderschapsverlof opnemen. Ouders krijgen straks gedurende 9 weken ouderschapsverlof een UWV-uitkering ter hoogte van 50% van hun dagloon (tot 50% van het maximum dagloon). Voorwaarde is dat zij deze 9 weken opnemen in het eerste levensjaar van het kind. Daarmee krijgen ouders meer tijd om te wennen aan de nieuwe gezinssituatie. En om samen bewust keuzes te maken over de verdeling van werken en zorgen.

Berekenen duur ouderschapsverlof

Het ouderschapsverlof geldt ook voor sommige ouders die vóór de invoering van de wet een kind krijgen. Het kind moet op het moment dat de wet ingaat jonger dan 1 jaar zijn. Ook moeten ouders op dat moment werken (werknemer zijn). En nog niet het volledige recht (26 maal de arbeidsuur per week) op ouderschapsverlof hebben opgenomen. Een handig overzicht voor het berekenen van het ouderschapsverlof vind je op de website van de Rijksoverheid.

Een werknemer is op de datum van de invoering van de wet ouder van een kind (6 maanden). Hij of zij heeft al 19 weken (wettelijk onbetaald) ouderschapsverlof opgenomen. Deze werknemer heeft nog 6 maanden om 7 weken ouderschapsverlof op te nemen. Dan is het kind 1 jaar. Tijdens die 7 weken heeft hij of zij recht op een uitkering.

Adoptie- of pleegouderschap

In het geval van adoptie- of pleegouderschap is betaald ouderschapsverlof ook mogelijk voor kinderen onder de 8 jaar. Dit geldt alleen voor het eerste jaar na de dag van de feitelijke adoptie of plaatsing.